Diabetes is wereldwijd een toenemend probleem. Diabetes type 2 kenmerkt zich door een verhoogde suikerwaarde in het bloed, door onvoldoende insulineproductie van de pancreas of door het feit dat het lichaam niet goed meer reageert op de werking van insuline (insulineresistentie).
Een eerste en belangrijke stap in de behandeling van diabetes type 2 is, zoals in de meeste richtlijnen wordt omschreven, een aanpassing van de levensstijl. In de praktijk is dat voor velen niet altijd even makkelijk. Hier volgen enkele tips die je kunnen helpen of motiveren.
DO: Kies een gezond eetpatroon dat je op lange termijn kan volhouden
Er is geen one-size-fits-all-manier van eten voor mensen met diabetes type 2, aangezien iedereen verschillend is en er rekening moet worden gehouden met allerlei factoren zoals leeftijd, gewoontes, medicatieschema’s, hoe actief iemand is, welke (gezondheids)doelen iemand wil bereiken ... De richtlijnen van de voedingsdriehoek vormen het uitgangspunt voor advies bij diabetes. Niet een strikt dieet, maar een gezonde, gevarieerde en hoofdzakelijk plantaardige, onbewerkte voeding krijgt de voorkeur. Als bonus wordt dit eetpatroon ook geassocieerd met lagere percentages van obesitas, kanker, hart- en vaataandoeningen (hoge bloeddruk, cholesterol) en sterfte. Plantaardige voedingsmiddelen zoals groenten, fruit, peulvruchten, volkoren granen, noten, zaden, pitten en plantaardige oliën vormen de basis van je eetpatroon en kunnen in beperktere mate aangevuld worden met dierlijke producten zoals vlees, vis, eieren en zuivel.
DON’T: Volg geen strenge crashdiëten Koolhydraatarm?
Ketogeen dieet? Proteïnedieet? Sapjesdieet? Strenge diëten waarbij hele voedingsgroepen gemeden worden of waarbij calorieën tellen centraal staat, zijn vaak extreem en moeilijk vol te houden op langere termijn. Bovendien kunnen ze je bloedsuikerspiegel sterk beïnvloeden en bijvoorbeeld hypoglycemie veroorzaken. Kies daarom voor een eetpatroon dat binnen je levensstijl past. Door anders te eten, bereik je vaak al heel goede resultaten. Daarom hoef je niet per se veel minder te eten. Sommigen hebben echter wel baat bij een verminderde koolhydraatinname. Bespreek dat met je diëtist.
DO: Verander je eetpatroon in kleine stappen
Je hoeft niet ineens je hele eetpatroon te veranderen. Richt je op kleine aanpassingen die haalbaar zijn en die je dagelijks kan volhouden. Dat blijkt op lange termijn het effectiefst. Vraag jezelf eens af wat je makkelijk kan veranderen. Bijvoorbeeld: zoetstof gebruiken in plaats van suiker, een extra portie groenten eten bij je lunch, water met een smaakje nemen in plaats van frisdrank ... Het helpt ook om voor jezelf hele concrete en realistische doelen te stellen. Bijvoorbeeld: neem op het werk de trap in plaats van de lift, eet dagelijks één stuk fruit bij het ontbijt ...
DON’T: Vermijd je favoriete ‘zondigheden’
Als diabetespatiënt hoef je niet alles perfect te doen. Af en toe kiezen voor iets wat minder gezond is, kan zeker, maar op voorwaarde dat het in beperkte mate gebeurt. Voedingsmiddelen uit de ‘restgroep’ zijn vooral veel snelle suikers, ongezonde vetten en zout. Ze dragen eigenlijk niets bij aan onze gezondheid. Geniet daarom slechts in beperkte mate van deze voedingsmiddelen, maar ban ze niet volledig. Af en toe toegeven aan onze verlangens zorgt ervoor dat we een gezonder eetpatroon blijven volhouden. Vraag jezelf af welke voedingsmiddelen je wil blijven eten en waarom deze voor jou belangrijk zijn.
DO: Zorg voor voldoende beweging
Regelmatig bewegen is goed voor de gezondheid en heeft een positief effect op diabetes omdat het ervoor zorgt dat cellen beter reageren op insuline. Daarnaast helpt bewegen je cholesterol en bloeddruk te verlagen en het voorkomt overgewicht. Kies niet enkel voor activiteiten in functie van gewichtsverlies of betere glycemiewaarden, maar voor activiteiten waar je oprecht plezier in schept.
DON’T: Fruit vermijden omdat er ‘suikers’ in zitten
Fruit is een belangrijke bron van vezels, vitamines en mineralen en zijn daarom dagelijks aanbevolen. Door de aanwezige vezels, stijgt de glycemie niet zo snel als bijvoorbeeld bij suikers uit een snoepje. Alle fruitsoorten zijn toegelaten, ook voor personen met diabetes. Sommige soorten zoals bananen, druiven en mango bevatten meer koolhydraten dan andere. Pas voor deze vruchten dus je portie aan. Met vruchtensappen, smoothies en gedroogd fruit let je best op omdat deze vaak een bron zijn van geconcentreerde suikers.