Blaassonde? Voorkom met 10 tips een urineweginfectie
Een blaassonde kan voor een urineweginfectie zorgen omdat het voor bacteriën makkelijker is om hun weg te vinden naar de blaas. Bovendien zorgt de aanwezigheid van vreemd materiaal in de blaas voor een verhoogde kans op infectie. Symptomen van een urineweginfectie zijn: koorts, riekende urine, troebele urine, plasdrang. Voorkom een infectie met deze tips.
Voorkom een urineweginfectie
-
De blaassonde en urinezak vormen een gesloten drainagesysteem. Ontkoppelen is een keer per zeven dagen toegestaan om een propere urinezak aan te hangen.
-
Voor het slapen koppel je de nachtzak aan het uiteinde van de beenzak. Ontkoppel in geen geval de verbinding tussen de beenzak en de sonde om een nachtzak aan te koppelen.
-
De urinezak moet zich telkens lager dan de blaas bevinden, zodat er geen terugvloed mogelijk is. Zorg dat de urineopvangzak voldoende hoog boven de vloer hangt, om contact van het aftapkraantje met de vloer te vermijden en hygiëne te waarborgen.
-
Leeg de urinezak iedere 4 - 6 uur of wanneer deze 2/3 gevuld is, boven het toilet. ’s Nachts gebruik je een nachtzak. Die is groter, zodat je niet op hoeft te staan.
-
Was telkens je handen vooraf en nadat je de urinezak leegt of verwisselt.
-
Het kraantje onderaan de urinezak moet steeds gesloten zijn, tenzij je de urinezak leegmaakt.
-
Zowel de nachtzak als de beenzak moet je één keer per week vervangen.
-
Zorg dat er geen spanning op de sonde komt te staan. Dit kan je voorkomen door de sonde vast te kleven aan de binnenzijde van je dij.
-
Voldoende drinken (1,5 liter) helpt een urineweginfectie te vermijden.
-
Zorg voor een goede dagelijkse hygiënische verzorging met water en eventueel zeep.
Blaassonde
Een blaassonde (blaaskatheter) is een dun buisje dat via de plasbuis in de blaas wordt gebracht, waardoor de urine kan afvloeien. Aan het uiteinde van de blaassonde wordt een zakje bevestigd waar de urine in opgevangen wordt.